« Auprès de ma blonde, qu’il fait bon, fait bon, fait bon… Auprès de ma blonde, qu’il fait bon dormir… » Cette marche militaire, écrite au tout début du XVIIIème siècle par un officier breton prisonnier des Hollandais, est devenu l’une des chansons traditionnelles les plus populaires – la blonde dont il est question étant l’épouse dont ledit officier avait été séparé pendant de longues années. Ce ne sont pas les Québécois qui le contre-chanteront, eux qui surnomment toujours leur compagne chérie ‘ma blonde’, que la blonde en question soit brune, châtain, blond cendré ou rousse comme un renard…
Nous ne nous attarderons pas sur les blagues de mauvais goût moquant la prétendue stupidité des blondes, mais méditerons sur l’adage assurant que ‘les hommes préfèrent les blondes… mais épousent les brunes !’ Mais venons-en à la blonde évoquée
et peut-être invoquée sur cette devanture : de quoi s’agit-il donc ? D’une bière, bien sûr, légère et pétillante, par opposition aux brunes, dont on dit qu’elles ont un plus fort caractère…
NL/ „Auprès de ma blonde, qu’il fait bon, fait bon, fait bon… Auprès de ma blonde, qu’il fait bon dormir…”
Deze militaire mars, geschreven aan het begin van de 18e eeuw door een Bretonse officier die gevangen werd gehouden door de Hollanders, is uitgegroeid tot een van de meest populaire traditionele liederen. De „blonde” waarover het gaat, is de echtgenote van wie de officier jarenlang gescheiden was.
De Quebechers zullen dat niet tegenspreken, want zij noemen hun geliefde nog steeds „ma blonde”, ongeacht of ze nu blond, bruin, kastanjebruin of roodharig als een vos is.
We zullen ons niet verdiepen in de smakeloze grappen over de vermeende domheid van blondines, maar nadenken over het gezegde dat „mannen de voorkeur geven aan blondines… maar trouwen met bruinettes!” Maar laten we nu eens kijken naar de „blonde” die hier op deze gevel wordt genoemd – en misschien aangeroepen: waar gaat het eigenlijk over? Natuurlijk over een bier, licht en sprankelend, in tegenstelling tot de „bruine” bieren, waarvan men zegt dat ze een sterker karakter hebben…
André Joubert du Collet, seigneur du Collet, oorspronkelijk afkomstig uit Bourgneuf-en-Retz, een Franse luitenant bij de 'Marine Royale', is de vermoedelijke auteur van dit beroemde lied.Het is echter mogelijk afgeleid van een lied uit de 16e eeuw.Hij werd door de Nederlanders gevangengenomen tijdens een raid op het eiland Noirmoutier tijdens de Frans-Nederlandse Oorlog tussen 1672 en 1679. De Nederlanders hielden hem twee jaar gevangen, samen met andere gevangenen van de raid.De Franse gevangenen werden pas vrijgelaten nadat koning Lodewijk XIV een losgeld had betaald.Om de koning te bedanken, schonk André Joubert (van de takken Morinière en Primaudière) hem een lied dat hij naar verluidt in gevangenschap had gecomponeerd, "Auprès de ma blonde" waarin hij het goede leven in vrijheid bezingt.
Henri Bik
En dan is daar het Lied: LINK
La vie en Rose
gisteren
Henri Bik
Volgens Wikipedia: LINK
André Joubert du Collet, seigneur du Collet, oorspronkelijk afkomstig uit Bourgneuf-en-Retz, een Franse luitenant bij de 'Marine Royale', is de vermoedelijke auteur van dit beroemde lied. Het is echter mogelijk afgeleid van een lied uit de 16e eeuw. Hij werd door de Nederlanders gevangengenomen tijdens een raid op het eiland Noirmoutier tijdens de Frans-Nederlandse Oorlog tussen 1672 en 1679. De Nederlanders hielden hem twee jaar gevangen, samen met andere gevangenen van de raid. De Franse gevangenen werden pas vrijgelaten nadat koning Lodewijk XIV een losgeld had betaald. Om de koning te bedanken, schonk André Joubert (van de takken Morinière en Primaudière) hem een lied dat hij naar verluidt in gevangenschap had gecomponeerd, "Auprès de ma blonde" waarin hij het goede leven in vrijheid bezingt.
Là où règne la paix
gisteren